Geschiedenis van de kermis Volendam
Hoelang wij in Volendam al kermis vieren is niet meer precies na te gaan. Op basis van bronnen staat echter vast dat in de 2e helft van de 18e eeuw al kermis werd gevierd. Tussen 1750 en 1768 is er voor de kermisbezoekers licht bier te verkrijgen bij Claas en Albert Veerman. Die laatste was “flessiaan” en mocht daarom ook sterke drank verkopen. Daarnaast was drank verkrijgbaar in de herbergen van Jan Janszn Schokker en Sijmen Pronk. Een bericht van de vroedschap van Edam uit 1782 maakt er melding van dat Volendam beschikt over 130 schepen, een kerk, een prediker, een schoolmeester, een eigen wapen en een kermis!
In 1797 (Nederland zuchtte al 2 jaar onder het Franse juk) weigerden een aantal de Volendammer schippers om nog langer havengeld af te dragen, omdat de overheid het verdomde om de haven uit te breiden en uit te diepen. Als sanctie verbood de Franse overheerser in 1799 de kermis, wat ertoe leidde dat álle Volendammer schippers stopten met de betaling van havengeld. De Fransen zwichtten alsnog. De haven werd keurig gebaggerd en de kermis kon weer doorgaan. De tenten stonden destijds nog op de Dijk en ook in de herbergen van Jan Kester en Jaap Schilder (Groothart) was het bijzonder gezellig.
Een tijd lang waren er zelf drie kermissen per jaar! Maar dat vonden zelfs de Volendammers een beetje teveel van het goede. Op verzoek van o.a. de Volendammer raadsleden Pieter Keuken, Sijmen Mol en Hein Tuijp (inderdaad, waar later straten naar zijn genoemd) is dit in 1879 teruggebracht naar één kermis per jaar.
Of er toen ook al attracties stonden is niet meer na te gaan. Ongetwijfeld zal er in de herbergen destijds wel het één en ander zijn uitgetapt.
De eerste (geschilderde) afbeelding die bestaat toont de kermis van 1893 die werd gehouden op het Kleiperk achter Hotel Spaander, vlakbij de ateliers van de kunstschilders die het dorp in groten getale bezochten. Op het afgebeelde schilderij van P. Hermanus (eigendom van hotel Spaander) ziet men een Turkse Schommel en een groot publiek dat zich van en naar de Dijk beweegt. Langs de Haven, waar zich het sociale leven voor een groot deel afspeelde, stonden destijds de kramen opgesteld, en daar bevonden zich ook de cafés. De Turkse schommel werd, zoals duidelijk is te zien, opgebouwd uit losse palen die met een vrachtschuit naar de haven (aan het waterpeil te zien was het duidelijk eb!) werden vervoerd. De attractie zou tegenwoordig waarschijnlijk door alle controlerende instanties worden afgekeurd, maar destijds zal het wellicht “High tech” zijn geweest.
Ook op de eerste foto’s die van de Volendammer kermis bewaard zijn gebleven is duidelijk de Zuiderzee te onderscheiden achter de Turkse Schommel en stoomcarrousel. Het Kleiperk bleef tot 1919 in gebruik als kermisterrein (in 1910 werd hier de Sint Jozefstraat al aan toegevoegd) maar vanaf 1919 werd de Conijnstraat in Volendam het hoofdterrein van de kermis, met daaraan vast de Sint Jozefstraat voor de kramen.
In deze foto hieronder is het wisselende gebruik van straten en pleinen in Volendam voor de kermis door de jaren heen schematisch weergegeven.
1. (Paars) Het Kleiperk in gebruik tot 1919. Vóór de bouw van de Giekstraat en de Roerstraat waren gebouwd stond hier op een weiland soms een circus (Blanus) of een reizende bioscoop.
2. (Oranje) De Sint Jozefstraat in gebruik vanaf ca 1910 tot en met 2005 en de Conijnstraat vanaf 1919 tot heden. Voormalig schoolplein van de Sint Jozefschool A aan de Edammerweg waar een aantal jaren een danstent heeft gestaan.
3. (Groen) Dril en Spoorplein in gebruik tussen 1947 tot en met 1954.
4. (Lichtblauw) AMVO terrein in gebruik vanaf 1955 en het Europaplein in gebruik vanaf 1964.
5. (Geel) Zeestraat tussen het Europaplein en het AMVO terrein in gebruik vanaf 1982.
6. (Rood) Tijdelijk in gebruik genomen voor het plaatsen van een grote achtbaan in het tijdperk tussen de sloop van de rokerijenbuurt en de bouw van winkelcentrum Havenhof.